Onderhoud kapitaalgoederen

3.5.1 Riolering en regenwatersystemen

De riolering en regenwatersystemen zijn onderdeel van programma 11 Beheer openbare ruimte en product Beheer en onderhoud openbare ruimte.

Actuele onderhoudstoestand:
De staat van de riolering en regenwatersystemen wordt gemonitord. Hiertoe bestaat voor de diverse onderdelen een reiniging- en inspectiecyclus. Op basis van de analyse van de inspectieresultaten worden de noodzakelijke beheer en onderhoudsmaatregelen vastgesteld.

Zijn de onderhoud en beheerplannen actueel:
De resultaten van de onderhoud en beheerplannen zijn verwerkt in het in december 2014 vastgestelde actuele GRP. Als gevolg van de verwerking van beheergegevens, is een vernieuwde objectgerichte en meer gebundelde opzet voor het beheerplan gehanteerd.

Wat zijn de benodigde onderhoudsbudgetten (beïnvloedbaar):

De benodigde onderhoudsbudgetten zijn weergegeven onder instandhouding en exploitatielasten in de exploitatie GRP 2014-2023 en als zodanig in de begroting opgenomen.

Zijn er knelpunten betreffende de beschikbare onderhoudsbudgetten:
Op grond van de inspectie resultaten uit het verleden is het uitvalpercentage de komende exploitatieperiode inschat op circa 0,75 % ten opzichte van de totale lengte vrij verval stelsel (ruim 600 km). Dit lage percentage duidt op een behoorlijk lange technische levensduur van het rioolsysteem, meer dan 100 jaar. Het is niet uit te sluiten dat in de toekomst meer uitval zal ontstaan gezien de steeds toenemende leeftijd van de nog niet gerepareerde stelselonderdelen. In de huidige planperiode is hiervoor geen reservering opgenomen. Zodra een significante stijging van schadebeelden uit cyclische inspectieresultaten hier aanleiding toe geeft, zal hierop worden geanticipeerd bij de actualisatie van het GRP+.

Realisatie 2016:
Begin 2016 is het uitvoeringsprogramma (UVP) en de versnellingsagenda ter goedkeuring aan het college voorgelegd. Deze jaarlijkse operationele programma’s geven een nadere uitwerking van het GRP+ waarin voor het betreffende jaar concreet wordt aangegeven welke voorzieningen worden aangelegd (watertaken), welke onderzoeken zullen worden uitgevoerd en welke instandhoudingsmaatregelen worden getroffen. In overeenstemming met het vastgestelde beleidskader binnen de gemeente Venlo zal een (financiële) actualisatie van het GRP+ tenminste iedere drie jaar aan de gemeenteraad worden voorgelegd. In december 2014 is het actuele GRP inclusief de exploitatie 2014-2023 vastgesteld.

De benodigde onderhoudswerkzaamheden uit het uitvoeringsprogramma voor 2016 zijn in gang gezet en deels ook afgerond. Daarnaast zijn in 2016 ook werkzaamheden van voorgaande jaren verder afgerond. De in gang gezette werkzaamheden zullen in 2017 worden voortgezet en zoveel mogelijk worden afgerond.
Het resultaat laat een extra verhoging van de egalisatievoorziening GRP zien in tegenstelling tot een in de begroting opgenomen verlaging. Dit heeft met name te maken met:

  • Ten opzichte van de inschatting waren er minder kosten benodigd voor correctieve herstelwerkzaamheden aan riolering en verstoppingen.
  • De energie en telecommunicatie zijn kosten lager ten opzichte van de geraamde budgetten.
  • De personele lasten zijn lager dan geraamd.
  • (onderzoek)projecten vanuit de regionale samenwerking die vertraging hebben opgelopen en daardoor later zullen starten.
  • De inkomsten uit de rioolheffing met name voor het onderdeel grootverbruik zijn hoger dan geraamd, er is meer afvalwater geloosd via grote bedrijven.

In 2016 is een begin gemaakt met de realisatie van het UVP 2016 inclusief versnellingsagenda en zijn nog diverse onderdelen uit het uitvoeringsprogramma van de afgelopen jaren afgerond. De uitvoering van het uitvoeringsprogramma 2016 en de versnellingsagenda zijn nog niet afgerond. Behalve dat een aantal projecten hierin afhankelijk zijn van de projecten waarin deze meeliften, spelen ook onvoorziene wijzigingen in processen, waarvan de projecten in de versnellingsagenda afhankelijk zijn een rol, zoals:

  • De benodigde opstarttijd van de versnellingsagenda (opdrachtverstrekking, administratieve verwerking, verdeling beschikbare personele capaciteit).
  • Beschikbaarheid benodigde (tijdelijke) extra personele capaciteit.
  • De beëindiging van  contracten met flexibele krachten in de tweede helft van 2016. De daaruit volgende prioritering van de reguliere werkzaamheden ging voor op de versnellingsagenda.
  • De totstandkoming van een Limburg brede stimuleringsregeling afkoppelen regenwater vergde meer voorbereiding en afstemming binnen de samenwerkingspartners Limburg breed waardoor besluitvorming over deze regeling pas eind 2016 kon plaatsvinden.

Bij het opstellen van het UVP 2017 zullen ook de projecten uit het UVP 2016 en versnellingsagenda worden geëvalueerd. De raad zal hierover worden geïnformeerd met een RIB.

3.5.2 Wegen (inclusief Civiele Kunstwerken)

Het wegennet en de civiele objecten (civiele kunstwerken) zijn onderdeel van programma 11 Beheer openbare ruimte en product Beheer en onderhoud openbare ruimte.

Het beheerareaal wegen is verdeeld in hoofdwegen, wegen in wijken, fietspaden, wegen buiten de bebouwde kom en onverharde wegen. Daarnaast valt het wegareaal te verdelen in verhardingssoort. In onderstaande tabel staat het areaal zoals dit in 2016 aangehouden is voor het wegbeheer en -onderhoud.

[m2]

Totalen

Oost

West

Zuid

Noord

Asfalt

3.335.789

712.016

1.054.015

909.615

660.143

Elementen

2.747.080

796.428

777.292

917.254

256.106

Onverhard

540.263

43.523

153.101

100.963

242.676

Onbekend

12.277

5.372

0

0

6.905

Beton

8.442

0

452

5.702

2.288

Totalen

6.643.851

1.557.339

1.984.860

1.933.534

1.168.118

Het beheerareaal civiele kunstwerken omvat onder meer bruggen, tunnels, duikers, keermuren en kademuren. Van de circa 700 objecten (exclusief duikers), is in 2014 van circa 550 objecten een eerste inventarisatie en inspectie uitgevoerd. In navolging op 2015 zijn in 2016 aanvullende inventarisaties en inspecties uitgevoerd om het totale areaal in beeld te krijgen. Met uitzondering van duikers en (nog) onbekende objecten is het beeld compleet.

Vastgesteld kwaliteitsniveau:
Eind 2012 is het actuele Meerjarenplan voorziening Groot Onderhoud Wegen (RV 2012-97) vastgesteld, waarin opgenomen de aangehouden kwaliteitsniveaus (voldoen aan de zorgplicht op basis van de Wegenwet, voorkomen van kapitaalvernietiging en huidig kwaliteitsniveau handhaven).
Het beheer en onderhoud van de civiele objecten is beleidsmatig nog onvoldoende geregeld en er zijn nog geen kwaliteitsniveaus vastgesteld. Dit beheer en onderhoud werd en wordt uitgevoerd op basis van calamiteiten en incidenten (ad-hoc).
Actuele onderhoudstoestand:
De actuele kwaliteit van het wegareaal wordt objectief gemeten aan de hand van de landelijk gehanteerde wegbeheersystematiek van het CROW. De weginspectie uit 2016 laat zien dat er, als gevolg van enkele strenge winters, bezuinigingen en taakstellingen uit voorgaande jaren, een duidelijke achteruitgang in de kwaliteit van het wegareaal heeft plaats gevonden. De onderhoudstoestand beantwoord niet meer aan het minimumniveau zoals in het Meerjarenplan aangehouden. Dit valt af te leiden uit de financiële consequenties van de achteruitgang (toenemende onderhoudsbehoefte).
In de laatste stadspeiling, van eind 2015, geven de inwoners het rapportcijfer 5,55 voor het onderhoud van straten, paden en trottoirs. Dit cijfer ondersteunt het beeld van de actuele (technische) onderhoudstoestand.
De inventarisatie en inspecties geven voor het grootste deel van de civiele objecten de actuele onderhoudsbehoefte. Deze behoefte is vertaald in benodigd onderhoudsbudget om in 2016 een start te maken met het borgen van een veilige onderhoudstoestand van de civiele objecten.

Zijn de onderhouds- en beheersplannen actueel:
Aan de hand van de uitgangspunten uit het Meerjarenplan voorziening Groot Onderhoud Wegen wordt jaarlijks een onderhoudsprogramma opgesteld.
Een eerste inventarisatie en inspectie van een groot aantal civiele objecten is eind 2014 afgerond.

Eind 2015 is een begin gemaakt met het opstellen van een Beheerplan Civiel. Dit plan omvat het totale beheer en onderhoud van het gemeentelijk wegennet en de civiele objecten en bevat tevens een actualisatie van de voorziening Groot Onderhoud Wegen. In 2016 is dit plan verder uitgewerkt. Beoogd wordt dit plan in 2017 ter besluitvorming voor te leggen.

Wat zijn de benodigde onderhoudsbudgetten (beïnvloedbaar):
Op basis van het Meerjarenplan voorziening Groot Onderhoud Wegen zijn de minimaal benodigde onderhoudsbudgetten vastgesteld en in de begroting beschikbaar. Door enkele strenge winters, bezuinigingen en taakstellingen was de afgelopen jaren regelmatig onvoldoende onderhoudsbudget beschikbaar. Het was daardoor niet mogelijk om de volledige onderhoudsbehoefte aan te pakken. Alleen het voorkomen en opheffen van onveilige situaties (pleisters plakken) is onvoldoende. Het uitstellen van preventief en planmatig onderhoud zorgt ervoor dat het vastgestelde kwaliteitsniveau niet meer gehandhaafd kan worden. De laatste inspecties laten dit zien in een toenemende onderhoudsbehoefte, waarvan de aanpak meer budget vraagt.
Via het Beheerplan Civiel wordt het college en de Raad in 2017 geïnformeerd over de benodigde onderhoudsbudgetten vanaf 2018. Zijn er knelpunten betreffende de beschikbare onderhoudsbudgetten:
Zoals in voorgaande alinea benoemd, was de afgelopen jaren regelmatig onvoldoende onderhoudsbudget beschikbaar, waardoor de in het Meerjarenplan voorziening Groot Onderhoud Wegen (RV 2012-97) vastgestelde kwaliteitsniveau niet meer gehandhaafd kunnen worden. De bezuinigingen en taakstellingen in 2015 en 2016 laten het kwaliteitsniveau structureel achteruit gaan. Onvoldoende onderhoudsbudget geeft tevens risico’s in het opvangen van onvoorziene omstandigheden.
Doordat een eerste inventarisatie en inspectie van het beheerareaal civiele objecten eind 2014 is afgerond, was er in 2015 nog geen onderhoudsbudget beschikbaar. Hierdoor zij er mogelijk (onbekende) risico’s ten aanzien van veiligheid op en rond deze objecten. Tevens leidt deze ad-hoc aanpak tot een continue daling van het kwaliteitsniveau, met mogelijk kapitaalvernietiging tot gevolg. In 2016 was incidenteel onderhoudsbudget beschikbaar, waarmee enkele urgente veiligheidsrisico's zijn verholpen. De verzakking in de Roermondseweg maakt duidelijk dat structureel aandacht nodig is voor het beheer en onderhoud van civiele objecten.

Realisatie 2016:
In 2016 zijn (aanvullende) inventarisaties en inspecties uitgevoerd van de beheerarealen wegen en civiele objecten. Op basis van de resultaten wordt een Beheerplan Civiel opgesteld, maar pas in 2017 aan college en Raad voorgelegd. Dit plan bevat tevens een actualisatie van de voorziening Groot Onderhoud Wegen (RV 2012-97).
Vanwege een wetswijziging inzake een verbod op chemische bestrijdingsmiddelen, is in 2016 een adequate aanvang gemaakt met alternatieve werkwijzen voor de onkruidbeheersing op verharding.
Op basis van beschikbare budgetten is in 2016 regulier onderhoud uitgevoerd aan de wegen. Het incidentele budget voor civiele objecten is benut voor het verhelpen van urgente veiligheidsrisico's.
Naast het uitvoeren van het regulier onderhoud is in 2016 nadrukkelijk een groter beroep gedaan op de eigen verantwoordelijkheid en zelfwerkzaamheid van de inwoners. Ook wordt in toenemende mate actief en integraal samenspraak en samenwerking gezocht met de gebruikers van de openbare ruimte, bijvoorbeeld via buurt- en wijkoverleg.

3.5.3 Groen- en speelvoorzieningen

Het openbaar groen en speelvoorzieningen zijn onderdeel van programma 11 Beheer openbare ruimte en product Beheer en onderhoud openbare ruimte.

Dit beheerareaal is een belangrijk onderdeel in de beleving van de openbare ruimte. In dit product wordt onderscheid gemaakt in openbaar groen, bomen, bossen en natuurgebieden, hondenpaden, speelvoorzieningen en recreatieve voorzieningen. Onderstaande tabel geeft de areaalgegevens zoals deze in 2016 bekend waren.

Totalen

Oost

West

Zuid

Noord

Bomen [st]

58.127

13.183

19.909

15.001

10.034

Beplanting [m2]

2.969.633

696.746

1.187.640

702.977

382.270

Hagen [m]

107.289

28.661

29.019

37.081

12.528

Gras [m2]

5.282.575

982.252

1.971.537

1.288.006

1.040.779

Verharding [m2]

317.906

82.812

118.834

68.151

48.108

Vijvers [m2]

166.628

49.638

32.400

73.784

10.805

Speelplekken

circa 260 locaties, 1441 speeltoestellen

Hondenpaden

140 hondenpaden, 30 uitrenplekken

Vastgesteld kwaliteitsniveau:
Voor het beheerareaal groen en speelvoorzieningen worden nog steeds de in 2007 vastgestelde kwaliteitsniveaus (raadsvoorstel 31-2007) volgens de systematiek van Integraal Beheer Openbare Ruimte aangehouden. Deze kwaliteitsniveaus zijn nog steeds actueel. Wel is actualisatie en modernisering van beleids- en beheerplannen nodig, om beter in te kunnen spelen op actuele en toekomstige ontwikkelingen, zoals wijkgericht werken, ecologisch en duurzaam beheer, c2c, differentiatie in beheer en kwaliteit, enzovoorts.

Actuele onderhoudstoestand:
De uitvoering van de diverse onderhoudscontracten borgt de handhaving van de kwaliteit van het areaal groen en speelvoorzieningen op het minimumniveau volgens de vastgestelde kwaliteitsniveaus.
Daarnaast worden met name de speelvoorzieningen en de bomen ook nog op veiligheid geïnspecteerd en beheerd.
De kwaliteit van diverse boomgroepen staat onder druk, door achterstand in onderhoud, maar ook door (nieuwe) plagen en ziektes.
Naast de technische onderhoudstoestand, blijkt uit de laatste stadspeiling van eind 2015 dat de inwoners het onderhoud van perken & plantsoenen met een 5,73, het schoonhouden van de openbare ruimte (onkruid, rommel) met een 5,48 en het onderhoud van de speelvoorzieningen met een 6,08 waarderen. Deze cijfers sluiten aan bij de hiervoor genoemde borging van de kwaliteit van het areaal groen en speelvoorzieningen.

Zijn de onderhouds- en beheersplannen actueel:
Het groenbeleidsplan Venlo uit 1994 is verouderd en dient vervangen of geactualiseerd te worden, terwijl specifieke groenbeheerplannen ontbreken. De uitvoeringsplannen (onderhoudsbestekken) zijn actueel, waarbij ruimschoots gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid tot inbesteding bij de WAA. Daarnaast wordt in de actualisatie van uitvoeringsplannen in toenemende mate rekening gehouden met zelfwerkzaamheid van onze inwoners.
In 2013 is de nota “de openbare ruimte van Venlo in beweging” vastgesteld. In deze nota wordt naast spelen ook gekeken naar sport en recreëren.
In 2016 is een aanvang gemaakt met de nota "groen en water", ter vervanging van de verouderde beleidsplannen. In het verlengde daarvan wordt een beheerplan Openbaar Groen opgesteld. Het opstellen van dit beheerplan heeft daardoor niet in 2016 plaats gevonden, maar is afhankelijk van genoemde nota.

Wat zijn de benodigde onderhoudsbudgetten (beïnvloedbaar):
Ondanks dat bezuinigingen en taakstellingen in de afgelopen jaren de kwaliteitsniveaus onder druk hebben gezet, is jaarlijks voldoende onderhoudsbudget in de begroting beschikbaar, om het huidige kwaliteitsniveau vast te houden.
De uitwerking van inventarisaties en inspecties van de bomen, zal inzicht geven of het voorgaande ook hiervoor geldt. Vooral ziektes en plagen vormen een reëel financieel risico en zullen hierin een belangrijk aandeel hebben.
De bezuinigingen en taakstellingen in de afgelopen jaren hebben de kwaliteitsniveaus wel onder druk gezet.

Zijn er knelpunten betreffende de beschikbare onderhoudsbudgetten:
Door het verouderde beleid is op verschillende onderdelen een adequate invulling van de verschillende taken niet mogelijk. Onder andere het ontbreken van een adequaat bomen- en groenbeleidsplan leidt regelmatig tot ontevredenheid en discussie met burgers en in projecten.
Vanaf 2015 heeft een structurele bezuiniging van ruim € 0,5 miljoen plaats gevonden. Actualisatie van beheer- en onderhoudsplannen zal uitwijzen welke consequenties dit heeft voor de kwaliteit van de bomen, het groen- en de speelvoorzieningen.

Realisatie 2016:
In 2016 is een aanvang gemaakt met het opstellen van de notitie "groen en water", ter vernieuwing van de verouderde beleids- en beheerplannen. Daaraan gekoppeld wordt gewerkt aan een nieuwe kwaliteitskaart, op basis van de systematiek voor Integraal Beheer Openbare Ruimte.
In 2016 is regulier onderhoud uitgevoerd aan het volledige areaal bomen en openbaar groen. Wel zijn op basis van inspecties nieuwe plannen opgesteld en de uitvoering voortvarend gestart, om urgente plagen en ziektes in het beheerareaal bomen te verhelpen
Naast het uitvoeren van het regulier onderhoud is in 2016 nadrukkelijk een nog groter beroep gedaan op de eigen verantwoordelijkheid en zelfwerkzaamheid van de inwoners. Ook wordt in toenemende mate actief samenspraak en samenwerking gezocht met inwoners en gebruikers van de openbare ruimte, bijvoorbeeld via buurt- en wijkoverleg. Hiertoe nemen de inwoners en gebruikers van de openbare ruimte in toenemende mate het initiatief.

3.5.4 Vastgoed inclusief parkeren

De parkeergarages zijn in deze paragraaf niet opgenomen. Ten aanzien van de parkeergarages wordt op dit moment een integrale visie ontwikkeld in het kader van de bestuursopdracht parkeren. Over deze bestuursopdracht wordt uw raad afzonderlijk geïnformeerd.

Vastgesteld kwaliteitsniveau:

Uitgangspunten uit 2006

  • Gebouwen zoals het stadhuis passen binnen het kwaliteitsniveau I
  • Gebouwen zoals kantoren, archief, musea en gemeenschapshuizen passen binnen het kwaliteitsniveau II
  • Gebouwen zoals binnensportaccommodaties, nieuwe buitensportaccommodaties en woningen, passen binnen het kwaliteitsniveau III.
  • Gebouwen zoals noodlokalen en loodsen passen binnen het kwaliteitsniveau IV
  • Gebouwen die aangekocht zijn voor amovatie of soortgelijke op te heffen gebouwen passen binnen het kwaliteitsniveau V

Actuele onderhoudstoestand:
Conform besluitvorming in 2015 is de actuele onderhoudstoestand kwaliteitsniveau 3 over periode 2016-2018 (mindere uitstraling, eenvoudige toepassing materialen, redelijk afwerking niveau).
Zijn de onderhouds- en beheersplannen actueel?
Eind 2015 heeft de raad het meerjarenplan onderhoud gebouwen 2016-2025 geaccordeerd. De raad heeft ingestemd met een kwaliteitsniveau 3. Na 3 jaar op kwaliteitsniveau 4 zijn de gebouwen vanaf 1-1-2016 weer onderhouden op niveau 3.

Wat zijn de benodigde onderhoudsbudgetten (beïnvloedbaar)?
Hierbij wordt verwezen naar de staat van reserves en voorzieningen. Het betreft de onderstaande voorzieningen:

Voorziening groot onderhoud Sportgebouwen

Voorziening groot onderhoud Ambtelijke gebouwen

Voorziening groot onderhoud Parkeergarages

Voorziening groot onderhoud Schoolgebouwen (wordt opgeheven per 1 januari 2017)

Alle gemeentelijke gebouwen zijn juridisch en economisch eigendom van de gemeente. De gemeente is economisch eigenaar. Vier van de vijf hoofdbewoners (sport, ambtenaren, parkeren en cultuur/maatschappelijk) dragen jaarlijks middels een vaste dotatie (vastgesteld door de raad door goedkeuring van het meerjarenplan onderhoud gebouwen) bij aan de voorziening. Jaarlijks wordt aan het College gevraagd de uitgaven voor het onderhoud uit de voorziening te mogen bekostigen. Eind 2015 heeft de raad het meerjarenplan onderhoud gebouwen 2016-2025 geaccordeerd.

Zijn er knelpunten betreffende de beschikbare onderhoudsbudgetten?
Nee. De stand van de voorzieningen sluit aan bij het onderhoudsplan. Met deze middelen kan worden voldaan aan de onderhoudsopgave.

Planning en actiepunten voor 2017:
Naast het reguliere onderhoudsplan (preventief-, correctief- en beperkt groot onderhoud) zijn er voor 2017 investeringskredieten aangevraagd voor levensduur verlengend onderhoud dat niet vanuit de onderhoudsvoorzieningen gedekt wordt. Totaal is er een extra investeringskrediet van € 955.000,- beschikbaar gesteld. Deze aanvragen zijn gedaan op basis van het beschikbare onderhoudsplan. Begin 2017 zal worden bekeken welke van deze aanvragen ook daadwerkelijk uitgevoerd zullen worden. Het kan zijn dat hier wijzigingen in ontstaan door ontwikkelingen of sloop van panden. Ook zou het mogelijk kunnen zijn dat investeringen worden doorgeschoven omdat deze na inspectie nog niet nodig blijken te zijn.

3.5.5 Sportvoorzieningen

Het sportbedrijf heeft de beschikking over en exploiteert de volgende kapitaalgoederen:

  • Een gemeentelijk zwembad (De Wisselslag) inclusief buitenbad;
  • Zeven gemeentelijke sporthallen en één niet gemeentelijke sporthal;
  • Eén gemeentelijke sportzaal;
  • Zestien gemeentelijke gymzalen en één niet gemeentelijke gymzalen;
  • Vijftien gemeentelijke buitensportaccommodaties.

Vastgesteld kwaliteitsniveau;
Het kwaliteitsniveau wordt in belangrijke mate bepaald door representativiteit van een gebouw en de activiteiten die daarin plaatsvinden. De gemeentelijke binnen- en buitensportaccommodaties zijn zoals alle gemeentelijke gebouwen onderhouden op kwaliteitsniveau 4. Conditiemeting is een beoordeling van een gebouw op basis van de toestand waarin de gebouwelementen zich bevinden. Conditieniveau 2 is goed, 3 is redelijk, 4 is matig.
Er is een conditiecatalogus opgesteld waarmee de kwaliteit van de velden, de inrichtingselementen, de verhardingen en de beplanting inzichtelijk kan worden gemaakt. De kaders sluiten aan bij de betreffende normen voor velden (NOC*NSF) en inrichting (CROW). Deze normen zijn reeds vastgelegd en landelijk geaccepteerd.
De raad heeft eind 2012 (raadsnummer 2012-81) besloten het conditie niveau te verlagen van 3 (redelijk) naar 4 (matig). Wanneer de gebouwen worden onderhouden op een lager conditieniveau, zal het kwaliteitsniveau (uitstraling en functionaliteit) van de gebouwen ook dalen. Dit betekent dat grote renovaties zullen worden uitgesteld. Daarnaast zal in bepaalde gevallen ook de cyclus van de diverse onderhoudswerkzaamheden worden verlengd. Hiermee zullen o.a. schilderwerkzaamheden, dakrenovaties en het vervangen van installaties worden uitgesteld. Dit betekent een vergrote kans op calamiteiten zoals dak lekkages en storingen aan installaties. Dit heeft invloed op de functionaliteit en bruikbaarheid van gebouwen. Verder zullen gebreken zoals bijvoorbeeld uitgesleten voegwerk of een kapotte hemelwaterafvoer minder snel worden hersteld. Dit heeft invloed op de uitstraling van het gebouw.

Actuele onderhoudstoestand;
De staat van onderhoud van de gemeentelijke gebouwen in de sportsector is in het algemeen goed te noemen. Het gemeentelijke zwembad De Wisselslag is qua onderhoud niet meer actueel. Er zijn nog enkele buitensportaccommodaties die tussen nu en 3 jaar zijn afgeschreven. De conditie van deze gebouwen is matig en ze hebben een mindere tot geen uitstraling. De kwaliteit van de sportvelden en overige inrichtingselementen binnen de gemeente Venlo is conform de normering van NOC*NSF en de aangesloten bonden.

Zijn de onderhouds- en beheersplannen actueel;
Voor alle sportgebouwen ligt er een Meerjaren Onderhoud Plan (MOP). De raad heeft dat plan eind 2012 goedgekeurd. Er ligt een actueel Meerjaren Onderhoud Plan voor de groene en niet groene sportparken binnen de gemeente Venlo.

Wat zijn de benodigde onderhoudsbudgetten (beïnvloedbaar);
De onderhoudsmiddelen voor het planmatig onderhoud van gemeentelijke sportgebouwen staan vermeld in de voorziening “Groot onderhoud sportgebouwen” (toevoegingen en onttrekkingen).
De onderhoudsgelden voor planmatig levensduur verlengend onderhoud van de groene en niet groene sportparken staan als structurele post (€ 280.000) op het investeringsplan en worden na realisatie in de vorm van kapitaallasten in de begroting verwerkt.

Zijn er knelpunten betreffende de beschikbare onderhoudsbudgetten;
Op de voorziening “Groot onderhoud sportgebouwen” is een taakstelling van toepassing, waardoor niet alle gedoteerde middelen beschikbaar zijn voor het gestelde doel. Dit leidt tot het maken van keuzes die op termijn het vastgestelde kwaliteitsniveau in de weg kunnen staan. Door nadere invulling van vastgestelde taakstellingen voor de afdeling Sportbedrijf is er sinds 2012 nog meer druk op het vastgestelde kwaliteitsniveau.